Er bestaan nogal wat misvattingen en hardnekkige mythes over zindelijkheidstraining, waarvan de meeste in stand worden gehouden door de machtige luierindustrie. Bij De Pot Op proberen we daar wat aan te doen. Wegwerpluiers zijn erg vervuilend en langdurig gebruik van luiers is ook niet goed voor kinderen. In deze blog delen we de 7 dingen die elke ouder moet weten over zindelijkheidstraining.
1. Je Kan Beginnen Met Zindelijkheidstraining Rond 18 Maanden
Wetenschappelijk onderzoek heeft aangetoond dat kinderen fysiek zindelijk kunnen worden rond 18 maanden. Tot ongeveer 24 maanden zijn de meeste kinderen vrij meegaand.
Ze accepteren de wereld zoals hij is. Vanaf 24 maanden krijgen kinderen steeds meer een eigen willetje. Ze komen erachter dat ze ook 'nee' kunnen zeggen ( De 'terrible two's!') Begin dus op tijd. Tussen 18 en 24 maanden is een goede tijd voor de meeste kinderen
2. Te Laat Beginnen Met Zindelijk Worden Kan Tot Problemen Leiden
Kinderen worden tegenwoordig steeds later zindelijk. In de jaren '40 waren de meeste kinderen rond 1 jaar zindelijk. Nu is het gemiddelde 3 jaar. Uit meerdere wetenschappelijke onderzoeken blijkt dat er nadelige gevolgen voor de gezondheid van je kind kunnen zitten aan het te laat beginnen met zindelijkheidstraining.
Op latere leeftijd beginnen (na drie jaar) geeft een licht verhoogd risico op incontinentie,
obstipatie en weigering om op het potje of toilet te poepen.
www.opvoeden.nl (onafhankelijke en betrouwbare info van Opvoedinformatie Nederland): 'Uit onderzoek blijkt dat Nederlandse ouders soms te lang wachten met het beginnen van oefenen. Te lang wachten kan ervoor zorgen dat kinderen de interesse weer verliezen. Begin dus altijd op het moment dat je kind er klaar voor is.
3. Interesse In Potje Of WC Is Geen Vereiste Om Te Starten Met Zindelijkheidstraining
Je hoeft niet te wachten tot je kind interesse gaat tonen in het potje of wc. Veel ouders verwarren 'wacht tot je kind er klaar voor is' met 'wacht tot je kind interesse gaat tonen in het potje of wc'. Dit is een misvatting.
Er zijn allerlei andere signalen die erop wijzen dat je kind klaar is om zindelijk te worden. Heeft je kind wel al interesse in het potje? Dat is natuurlijk alleen maar handig. Speel in op deze interesse door te gaan oefenen met het potje. Mis dit moment niet! Ga je er niet mee aan de slag dan wordt het misschien later moeilijker om je kind deze nieuwe vaardigheid aan te leren.
4. Je Kind Moet Zelfstandig Kunnen Lopen Om Zindelijk Te Kunnen Worden
Elk kind ontwikkelt zich op zijn eigen manier of in zijn eigen tempo. Of je kind klaar is om zindelijk te worden hangt af van zijn fysieke en mentale ontwikkeling. Het is in ieder geval belangrijk dat je kind zelfstandig kan lopen en dat hij/zij zelf kan gaan staan en zitten.
5. Je Kind Moet Er Mentaal Klaar Voor Zijn om Zindelijk Te Worden
Je kind moet ook mentaal en sociaal-emotioneel voldoende ontwikkeld zijn om op zindelijk te worden. Let op de de volgende signalen om te weten of je kind klaar is om zindelijk te worden. Je kind hoeft niet aan al deze criteria te voldoen om zindelijk te worden.
1. Het aanleren van nieuwe vaardigheden wordt makkelijker als kinderen anderen kunnen imiteren. Observeert en imiteert je kind handelingen? Geweldig! Dan is je kind waarschijnlijk gemotiveerd om te leren ende stappen van de zindelijkheidstraining uit te voeren.
2. Zindelijkheidstraining vereist ook fijne motorische vaardigheden, zoals aan- en uitkleden, billen afvegen en handen wassen. Als je kind kleine voorwerpen kan oppakken, laat dat zien dat het deze vaardigheden aan het ontwikkelen is.
3. Kan je kind eenvoudige instructies volgen? Dit signaal geeft de cognitieve ontwikkelingsfase van je kind aan (begrijpen en reageren op basisinstructies). Bijvoorbeeld: "Zet je schoenen in de gang" of "Laten we aan tafel gaan zitten zodat we kunnen eten".
4. Als je kind aangeeft dat de luier vies is, is hij/zij zich bewust van lichamelijke gevoelens. Je kind kan aan de vieze luier trekken of vragen om verschoond te worden.
5. Als de luier langer droog blijft (1 tot 2 uur), betekent dit dat de blaas groter wordt. Dit betekent ook dat de controle van de blaas toeneemt. Je kind is dus in staat de plas een lange tijd op te houden.
6. Als je kind dingen op de juiste plek kan opbergen (bv jas aan een kapstok, speelgoed in de kast), kan dat helpen bij de zindelijkheidstraining. Je kind kan leren om specifieke plekken (zoals het potje of de wc) te associëren met plassen en poepen.
Wil je meer weten over of je kind klaar is om zindelijk te worden? Download De Pot Op app en doe de gratis test in de app.
6. Het Leven Is Zo Normaal Mogelijk
Begin met zindelijkheidstraining op een moment dat het leven zo normaal mogelijk is voor je kind. Begin niet met zindelijk worden als je kind ziek is of als er grote veranderingen in zijn/haar leven plaatsvinden.
Denk aan: verhuizing, geboorte van broertje of zusje, operatie, scheiding of verandering van kinderopvang. Ook rond spannende dagen zoals feestdagen of verjaardagen kan je beter even wachten.
7. Jij Als Ouder Moet Tijd En Ruimte Hebben Voor Zindelijkheidstraining
Of je kan beginnen met zindelijkheidstraining hangt ook van jou als ouder af. Vraag jezelf af: Wil je graag dat je kind uit de luiers gaat? En ben je er klaar voor dat je 'baby' een dreumes wordt? Zo ja, dan is dat een indicatie dat jij er klaar voor bent.
Daarnaast is het belangrijk dat je, zeker als je op wat jongere leeftijd start, erin gelooft dat jij je kind op deze leeftijd zindelijk kan krijgen. En dat je consequent kan zijn en dat je gaat volhouden. Want als jij twijfelt of het een beetje half aanpakt, dan voelt je kind dat meteen aan. Je maakt het jezelf en je kind het makkelijkste als je heel duidelijk bent, bijvoorbeeld: "'Vanaf morgen doen we geen luier meer aan'. En dat je daar dan ook echt aan houdt.
En het allerbelangrijkste: jij moet de tijd en ruimte hebben om met zindelijkheidstraining aan de slag te gaan